EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32008D0142

2008/142/EG: Beschikking van de Commissie van 25 september 2007 betreffende steunmaatregel C 32/2006 (ex N 179/2006) door Polen ten uitvoer gelegd ten gunste van Huta Cynku Miasteczko Śląskie SA (Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 4310) (Voor de EER relevante tekst)

PB L 44 van 20.2.2008, p. 36–38 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2008/142/oj

20.2.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 44/36


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 25 september 2007

betreffende steunmaatregel C 32/2006 (ex N 179/2006) door Polen ten uitvoer gelegd ten gunste van Huta Cynku Miasteczko Śląskie SA

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2007) 4310)

(Slechts de tekst in de Poolse taal is authentiek)

(Voor de EER relevante tekst)

(2008/142/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 88, lid 2, eerste alinea,

Gelet op de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name op artikel 62, lid 1, onder a),

Na de belanghebbenden overeenkomstig de genoemde artikelen te hebben aangemaand hun opmerkingen te maken (1), en gezien deze opmerkingen,

Overwegende hetgeen volgt:

I.   PROCEDURE

(1)

Op 17 maart 2006 meldde Polen herstructureringssteun ten faveure van Huta Cynku Miasteczko Śląskie SA (hierna „HCM” genoemd) aan. Deze aanmelding kwam er na een besluit van de Commissie geen bezwaar te maken tegen reddingssteun aan HCM in de vorm van een garantie voor een lening van 11,8 miljoen PLN (3,12 miljoen EUR (2)).

(2)

Op 19 juli 2006 besloot de Commissie de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag in te leiden ten aanzien van de aangemelde steun, omdat zij twijfel had bij de verenigbaarheid ervan met de gemeenschappelijke markt. Het besluit van de Commissie tot inleiding van de procedure is op 30 augustus 2006 in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakt (3). De Commissie heeft belanghebbenden uitgenodigd hun opmerkingen over de betrokken maatregelen kenbaar te maken. De Commissie heeft van de belanghebbenden geen opmerkingen ter zake ontvangen.

(3)

Op 18 september 2006 diende Polen een onvolledig antwoord in over de inleiding van de procedure. Bij schrijven van 23 mei 2007 deelde Polen de Commissie mee dat het de aanmelding introk.

II.   GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE STEUN

1.   Begunstigde van de steun

(4)

HCM is een overheidsbedrijf dat in 1966 werd opgericht. Het is actief op de markt voor de productie en de metallurgische verwerking van non-ferrometalen (productie van zink en lood). In 2004 had de onderneming op de Poolse markt voor geraffineerd zink een marktaandeel van 51 % en op de Europese markt een aandeel van 3 %. Zij heeft ongeveer 1 100 werknemers in dienst en is gevestigd in een regionaal-steungebied ex artikel 87, lid 3, onder a), van het EG-Verdrag.

2.   Steunmaatregelen

(5)

De Poolse autoriteiten meldden de Commissie dat Agencja Rozwoju Przemysłu SA (Agentschap voor industriële ontwikkeling — hierna „ARP” genoemd) voornemens was een lening van 21,8 miljoen PLN (5,76 miljoen EUR) met een looptijd van vijf jaar te verstrekken. De terugbetaling zou aanvangen één jaar nadat de lening was verstrekt. De lening zou worden verstrekt tegen een variabele rente, die gelijk is aan het referentiepercentage van de Commissie. Daarvan zou 10 miljoen PLN (2,64 miljoen EUR) naar investeringen in verband met technologische herstructurering gaan. De resterende 11,8 miljoen PLN (3,11 miljoen EUR) zou worden gebruikt ter financiering van de terugbetaling van het reddingskrediet, de lening dus waarvoor ARP een garantie had verstrekt.

(6)

Polen stelde de Commissie ook in kennis van een voorgenomen crediteurenakkoord waardoor de onderneming weer solvabel zou kunnen worden. Met het oog daarop werden de crediteuren, die samen voor 65,3 miljoen PLN (15,9 miljoen EUR) claims op HCM hadden, in groepen ingedeeld volgens de omvang van de vorderingen en de gestelde zekerheden. Het crediteurenakkoord voorziet in hoofdzaak in uitstel voor meerdere jaren van de terugbetaling van schulden aan publieke en particuliere crediteuren. Met het oog daarop werden de crediteuren ingedeeld in verschillende groepen, naargelang de gestelde zekerheden. Voor elke groep werd uitstel van terugbetaling over een bepaalde periode verleend.

3.   Gronden om de procedure in te leiden

(7)

De lening werd door de Poolse autoriteiten aangemeld als staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag.

(8)

De Commissie besloot de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag in te leiden omdat zij twijfelde dat alle voorwaarden uit de toentertijd geldende communautaire richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden (4) (hierna „de richtsnoeren” genoemd) waren vervuld om herstructureringssteun goed te keuren, en met name of:

a)

het herstructureringsplan zou resulteren in het herstel van de levensvatbaarheid van de begunstigde onderneming op de lange termijn, aangezien de herstructurering in hoofdzaak financieel was en vooral was gebaseerd op een crediteurenakkoord dat op het tijdstip van de inleiding van de procedure nog niet was ondertekend. Bovendien was het probleem van de grote impact van wisselkoersfluctuaties op de financiële resultaten van de onderneming onvoldoende aangepakt;

b)

de begunstigde onderneming zelf een significante bijdrage in de herstructureringskosten zou leveren;

c)

de compenserende maatregelen zouden volstaan, aangezien het om een inkrimping van de productiecapaciteit met slechts 0,7 % ging.

(9)

Bovendien had de Commissie twijfel of het crediteurenakkoord in feite geen staatssteunelementen omvatte.

III.   OPMERKINGEN VAN POLEN

(10)

De Poolse autoriteiten hebben de Commissie meegedeeld dat HCM na de inleiding van de procedure met succes een crediteurenakkoord had gesloten.

(11)

Voorts deelden de Poolse autoriteiten de Commissie mee dat de onderneming thans winstgevend is (voor de eerste helft van 2006 had zij een nettowinst van 10,3 miljoen PLN (zo'n 2,72 miljoen EUR)), dat haar liquiditeit was verbeterd en dat zij op de markt financiële middelen kan aantrekken. Omdat de gegarandeerde lening de onderneming niet langer een voordeel opleverde, trok Polen de aanmelding van de in overweging 6 bedoelde maatregel in. Voorts had de onderneming de lening terugbetaald waarvoor bij wijze van reddingssteun een staatsgarantie was verleend; deze garantie dient thans geen verder doel.

IV.   BEOORDELING

(12)

Overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 (thans artikel 88) van het EG-Verdrag (5), kan de betrokken lidstaat, zolang de Commissie geen beschikking heeft gegeven ten aanzien van de steunmaatregel, de aanmelding ten gepaste tijde intrekken. In die gevallen moet de Commissie een beschikking tot afsluiting van die procedure geven zonder een beoordeling uit te voeren.

(13)

Polen heeft de aanmelding van de in overweging 6 beschreven steunmaatregel ingetrokken. Om de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag af te kunnen sluiten, dient de Commissie te beoordelen of het in overweging 6 bedoelde crediteurenakkoord staatssteunelementen omvat.

(14)

De Commissie erkent dat het crediteurenakkoord geen staatssteun vormt, omdat het voldoet aan het beginsel van de particuliere schuldeiser en omdat het om betalingsuitstel voor schulden gaat, hetgeen voor de crediteuren gunstiger is dan de liquidatie van HCM. Het is vaste rechtspraak dat een publieke schuldeiser een keuze moet maken tussen het bedrag dat hem in het kader van het herstructureringsplan wordt geboden, en het bedrag dat hij na de eventuele liquidatie van de onderneming meent te kunnen verhalen. Er is geen sprake van enig voordeel — en dus geen staatssteun — wanneer de herstructurering meer opbrengt dan de liquidatie (6). Polen verschafte een studie waaruit blijkt dat, zelfs in de aanname dat door het betalingsuitstel middelen verloren gaan, dat verlies, indien het wordt verdisconteerd tegen netto contante waarde, de publieke crediteuren nog steeds in een betere positie zou brengen dan bij liquidatie van de onderneming het geval zou zijn. Dankzij het crediteurenakkoord zouden de crediteuren gemiddeld 75,7 % van hun vorderingen kunnen recupereren, terwijl achtergestelde crediteuren 72,9 % zouden krijgen, hetgeen nog steeds hoger is dan de eventuele opbrengsten van de liquidatie, die door de studie op 64,8 % worden geraamd. Voorts ziet de Commissie geen gronden om te besluiten dat de publieke crediteuren een minder gunstige behandeling krijgen dan de particuliere crediteuren, aangezien crediteuren in dezelfde rangorde dezelfde behandeling krijgen.

(15)

De aanmelding van het herstructureringsplan betekende dat de herstructureringssteun kon worden verlengd tot na de termijn van zes maanden. Toch heeft Polen deze aanmelding nadien ingetrokken. In punt 26 van de richtsnoeren is duidelijk bepaald dat de aanmelding van een herstructureringsplan een noodzakelijke voorwaarde is om de reddingssteun te kunnen verlengen. Daarom dient, wanneer een aangemeld herstructureringsplan nadien wordt ingetrokken, een eind te worden gemaakt aan de toegestane verlenging van de reddingssteun (7). Deze voorwaarde werd hier nageleefd, aangezien de lening waarvoor de staatsgarantie als zekerheid was gesteld, is terugbetaald.

V.   CONCLUSIE

(16)

Mitsdien besluit de Commissie de ten aanzien van de aangemelde steunmaatregel ingeleide formele onderzoekprocedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag af te sluiten, nadat zij kennis heeft genomen van het feit dat Polen zijn aanmelding heeft ingetrokken en geen onrechtmatige staatssteun heeft verstrekt,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

De steunmaatregel die Polen voornemens was ten uitvoer te leggen ten gunste van Huta Cynku Miasteczko Śląskie SA in de vorm van een lening van 21,8 miljoen PLN (ongeveer 5,76 miljoen EUR), werd ingetrokken nadat de Commissie de formele onderzoekprocedure had ingeleid. De formele onderzoekprocedure is daardoor thans zonder voorwerp geraakt.

Artikel 2

Wat het crediteurenakkoord betreft, concludeert de Commissie dat dit geen staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag vormt.

Artikel 3

Deze beschikking is gericht tot de Republiek Polen.

Gedaan te Brussel, 25 september 2007.

Voor de Commissie

Neelie KROES

Lid van de Commissie


(1)  PB C 207 van 30.8.2006, blz. 5.

(2)  Alle bedragen die door de Poolse autoriteiten in PLN werden gegeven, zijn omgerekend in EUR, op basis van de wisselkoers op 22.6.2007: 1 EUR = 3,7865 PLN.

(3)  Zie noot 1.

(4)  PB C 244 van 1.10.2004, blz. 2.

(5)  PB L 83 van 27.3.1999, blz. 1.

(6)  Zie arrest van 29 april 1999, zaak C-342/96, Spanje/Commissie, Jurispr. 1999, blz. I-2459, punt 46; arrest van 29 juni 1999, zaak C-256/97, Déménagements-Manutention Transport SA (DMT), Jurispr. 1999, blz. I-3913, punt 24, en arrest van 11 juli 2002, zaak T-152/99, Hijos de Andrés Molina SA (HAMSA) / Commissie, Jurispr. 2002, blz. II-3049, punt 168.

(7)  Zie C(2007) 1405 definitief. Beschikking te vinden op: http://ec.europa.eu/comm/competition/state_aid/register/ii/by_case_nr_c2005_0030.html#32 en in PB L 277 van 20.10.2007, blz. 25.


Top